Nieuwsbrief augustus 2011: Wist u dat ... vroeger niemand zomervakantie had?

Weer aan het werk of naar school na de zomervakantie? Weer in de sleur na de lange zomerse dagen met een beetje wandelen, fietsen, lezen, spelletje spelen en lekker niets doen?

Hoe zat dat ook alweer met de zomervakantie vroeger in Melderslo? We vroegen Jo Nellen en Piet Lenssen naar het vroeger van de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw.

Zomervakantie. Binnenhalen oogst
De vakantie bestond voor de kinderen uit het helpen van hun ouders op de boerderij. In augustus mochten of moesten de grotere kinderen helpen met het binnenhalen van de oogst, maaien, koren opzetten en mijten zetten. De kleinere kinderen mochten dan eten en drinken brengen naar het veld.

In augustus werd de oogst binnengehaald. Deze hele maand hadden de kinderen vakantie.

Pettattevakantie. Binnenhalen aardappelen
In september hadden de kinderen nog 10 dagen "pettattevakantie" om te helpen met het binnenhalen van de 'petatte' (aardappelen). Vader haalde met een riek de aardappelen boven de grond. De kinderen mochten deze rapen.

Als de kinderen geluk hadden mochten ze een paar dagen logeren hun grootouders of bij een oom en tante.

Wat deden de kinderen in de schaarse vrije tijd?
Gespeeld werd er voornamelijk met de kinderen uit de buurt. Veel vrije tijd om te spelen hadden de kinderen niet. Meestal moest er geholpen worden. Veel geld voor speelgoed was er ook niet. Maar armoede maakt creatief. Het meeste speelgoed werd zelf gemaakt. Zoals bijvoorbeeld vliegers, tollen, fluitjes, pinkels, bolderwagens en zelfs ballen. Ballen werden gemaakt van oude binnenbanden van fietsen. De binnenband werd in reepjes geknipt. Deze reepjes werden over elkaar gerangschikt tot een bolle bal.

De petattevakantie was uitstekend geschikt om de vliegers op te laten omdat de velden dan leeg waren. Je zag dan vaak veel vliegers in de lucht hangen.

Als er ergens water in de buurt was werden ijverig kikkervisjes, salamanders, torretjes en stekelbaarsjes gevangen. En er werd met water geknoeid.

De "bandel" was een hoepel gemaakt van een oud fietswiel dat werd voortbewogen met een stokje.

Af en toe stuurde moeder de kinderen naar de bossen voor het rapen van "kwakels" (dennenappels) of plukken van bramen en "moelberen" (bosbessen). De kwakels werden gebruikt om het vuur aan te steken. Van de bramen en moelberen maakte moeder jam.


Nieuwsbrief gemist? Klik dan hier.
Help! Antwoord op een hulpvraag? Klik dan hier.
Afmelden nieuwsbrief of een ander aanmelden? Klik dan hier.